Inleiding

In dit voorstel zijn de gevolgen van de septembercirculaire van het gemeentefonds voor Zwolle nader uitgewerkt en vragen wij u in te stemmen met de voorstellen hoe de gevolgen in de begroting 2017, begroting 2018 en meerjarenraming t/m 2021 te verwerken.
In de septembercirculaire 2017 zijn onder andere de gevolgen van de Miljoenennota van het rijk vertaald in een bijstelling van de accresramingen voor het gemeentefonds en zijn budgetwijzigingen doorgevoerd op uitkeringen voor het sociaal domein. Vanwege de demissionaire status van het kabinet is het een beleidsarme circulaire.
In de uitwerking onderscheiden we de gevolgen voor de volgende onderdelen van het gemeentefonds:

  • Algemene uitkering
  • Sociaal domein uitkeringen
  • (Overige) Integratie- en decentralisatie-uitkeringen

Eerst wordt ingegaan op de belangrijkste onderwerpen, vervolgens zijn per jaarschijf de mutaties aangegeven.

De belangrijkste onderwerpen uit de circulaire zijn:

  • Accresramingen.

De ontwikkeling van het gemeentefonds wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens de normeringssytematiek (trap op trap af) hebben wijzigingen in de rijksuitgaven invloed op de omvang van de algemene uitkering. De jaarlijkse toename van het gemeentefonds betreft het accres. Op basis van de rijksuitgaven uit de Miljoenennota / rijksbegrotingen worden de volgende accresmutaties verwacht.

In mln. €

2017

 2018

 2019

 2020

2021

Accres (per jaar)

-68

134

-78

16

4

Accres (cumulatief)

-68

66

-12

4

8

De lagere accresraming in 2017 is met name het gevolg van meevallers op de SWZ-begroting en aanpassingen in de bestedingen op de IenM begroting. In 2018 neemt accres met name toe vanwege de extra gelden voor de Belastingdienst, de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, onderwijs en veiligheid.

  • Uitkeringen sociaal domein.

Per 2018 zullen vier voorzieningen ten behoeve van gemeenten vanuit het Ministerie van VWS gefinancierd worden. Het gaat om de kindertelefoon, vertrouwenswerk jeugd, de anonieme hulplijn (in de Wmo het ‘anoniem luisterend oor’ genoemd) en de doventolkvoorziening. Deze taken werden tot en met 2017 gefinancierd vanuit de VNG via een rechtstreekse uitname uit het gemeentefonds. Per 2018 is dit niet meer mogelijk. De staatssecretaris van VWS heeft besloten de financiering van deze voorzieningen van gemeenten over te nemen zodat voor het jaar 2018 gegarandeerd is dat deze voorzieningen beschikbaar zijn. Omdat gemeenten deze taken niet meer hoeven uit te voeren leidt dit tot een neerwaartse bijstelling van de integratie-uitkering Sociaal domein. Voor het totaal van deze taken gaat het voor het onderdeel Wmo om een structurele uitname van € 15 miljoen vanaf 2018. Voor het onderdeel Jeugd gaat het om een structurele uitname vanaf 2018 van € 11,3 miljoen.
In het bestuurlijk overleg van 28 augustus 2017 tussen de VNG en het Ministerie van VWS is afgesproken een deel van de middelen van de regeling zorginfrastructuur, te weten € 27,8 miljoen structureel vanaf 2018, te reserveren voor de gemeenten. Voor 2018 wordt het budget via de integratie-uitkering Sociaal domein beschikbaar gesteld aan gemeenten om aan de vraag naar afbouw dan wel (een vorm van) continuering van bestaande projecten te kunnen voldoen. Het Ministerie van VWS gaat voor de periode van 2019 en verder met alle betrokkenen in overleg om te bezien hoe een nieuwe brede innovatieregeling vanaf 2019 kan worden vormgegeven.
Voor de uitvoeringskosten van pgb trekkingsrechten door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) is bestuurlijk overeen gekomen om voor 2017 een bedrag van € 6,4 miljoen aanvullend (op de uitname van € 35,1 miljoen in de meicirculaire 2016) uit de integratie-uitkering Sociaal domein uit te nemen. Dit is € 4,3 miljoen uit onderdeel Wmo en € 2,1 miljoen uit het onderdeel Jeugd. Deze uitname houdt verband met hogere uitvoeringskosten door een stijging van het aantal zorgovereenkomsten van het gemeentelijk domein en reorganisatiekosten. Voor de uitvoeringskosten van de SVB voor 2018 is overeengekomen om op basis van de conceptbegroting 2018 een bedrag van € 35,6 miljoen uit de integratie-uitkering Sociaal domein te nemen, waarvan € 23,7 miljoen uit het onderdeel Wmo en € 11,9 miljoen uit het onderdeel Jeugd.
Vanaf 2018 ontvangen wij als centrumgemeente voor beschermd wonen € 0,9 mln. voor kosten die gemoeid gaan met de zogenaamde coulancegroep GGZ-B. 17 Centrumgemeenten krijgen dit budget en wordt bekostigd door alle 43 centrumgemeenten. Daarnaast is afgesproken dat alle 43 centrumgemeenten in 2017 een tegemoetkoming van landelijk € 18 mln. ontvangen vanwege een vrijgevallen bedrag op de begroting van VWS inzake het transformatiefonds.
Er komt een landelijk transformatiefonds waarin centraal staat het bevorderen van de transformatie in gemeenten en de gewenste vernieuwingen in het zorglandschap. Belangrijk onderscheid bij de verdere uitwerking is de vraag wat lokaal, regionaal of landelijk moet worden opgepakt.

  • Het rijk verwacht dat in 2017 meer compensatie van de BTW zal worden verstrekt dan waar vooraf rekening mee is gehouden. Dit gaat ten kosten van de geraamde uitkering via het gemeentefonds. Voor Zwolle een nadeel in 2017 van € 0,4 mln.
  • Via de integratie- en decentralisatie-uitkeringen worden aanvullende middelen ontvangen voor het We Can Young en statushouders.

Samenvatting financiële uitkomsten
In tabel 1 worden de financiële uitkomsten die ten gunste of ten laste van de algemene middelen komen weergegeven, daarbij is aangenomen dat de beslispunten conform het voorstel worden overgenomen. In 2017 is sprake van een incidenteel nadeel van ca € 1,46 mln., in 2018 een nadeel van € 0,04 mln. en meerjarig is sprake van een structureel voordeel van € 0,65 mln.

Tabel 1 Uitkomsten septembercirculaire 2017

(bedragen cumulatief  x € 1 )

2017

 2018

 2019

 2020

2021

Saldo resultaat algemene uitkering

-1.350.000

450.000

-

-50.000

-50.000

Saldo resultaat uitkeringen sociaal domein

-135.000

-485.000

-313.000

39.000

699.000

Saldo resultaat integratie-/decentralisatie-uitkeringen

-

-

-

-

-

Totaal te verrekenen met de algemene middelen

-1.485.000

-35.000

-313.000

-11.000

649.000

Onderstaand is per uitkering een nadere onderbouwing op de uitkomsten opgenomen.

1.    Algemene uitkering:

Tabel 2 Mutaties in de algemene uitkering t.o.v. concept-begroting 2018 en Berap 2017-2.

(bedragen x € 1 )

2017

 2018

 2019

 2020

2021

Algemene mutaties:

  1. Accres + overige algemene mutaties

-540.000

450.000

-100.000

-

90.000

  1. BTW-compensatiefonds

-360.000

90.000

  1. Verdeeltechnische aanpassingen

-90.000

100.000

-50.000

-230.000

  1. Verdeeltechnische aanpassingen oude jaren

-360.000

Specifieke- en taakmutaties:

  1. Kwaliteit kinderopvang

19.000

17.000

17.000

17.000

  1. Uitgaven kwaliteit kinderopvang

-19.000

-17.000

-17.000

-17.000

Totaal mutatie algemene uitkering

-1.350.000

450.000

-

-50.000

-50.000

Toelichting:
De ramingen van het accres zijn hiervoor al op hoofdlijnen toegelicht. De gevolgen per jaarschijf zijn behoorlijk wisselend. In 2017 een nadeel van ruim € 0,5 miljoen dat vervolgens in 2018 weer omgezet wordt in een voordeel van € 0,45 miljoen en meerjarig uitkomt op een gering voordeel van € 0,1 miljoen.
Met betrekking het BTW-compensatiefonds is de afspraak dat indien gemeenten minder BTW declareren dan het afgesproken plafond het voordeel via de algemene uitkering aan de gemeente wordt uitgekeerd. Ten opzichte van de meicirculaire zijn de mutaties geactualiseerd en verwacht het rijk dat de gemeenten meer aan BTW compensatie zullen declareren. Dit resulteert in een nadeel in 2017 van € 0,36 mln.
De verdeeltechnische aanpassingen zijn de resultante van ontwikkeling van de gemeentelijke verdeelmaatstaven ten opzichte van de landelijke ontwikkeling van de verdeelmaatstaven en leiden vooral in 2017 (met een correctie over 2016) tot een nadeel van € 0,45 mln. De ontwikkeling van het aantal bijstandsontvangers maakt een belangrijk onderdeel uit van de verdeeltechnische aanpassingen.
Vanwege de wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang (IKK) ontvangen wij in 2018 € 19.000 (vanaf 2019 structureel € 17.000) als tegemoetkoming in de extra kosten die het toezicht op de nieuwe kwaliteitseisen, zoals pedagogisch beleid en veiligheid, met zich meebrengen.
Overige ontwikkelingen: Waarschijnlijk komt er in de decembercirculaire nadere informatie over de compensatie in 2018 voor het toezicht op de vierjaarlijkse uitvoering van energie-audits door grote ondernemingen.

2.    Sociaal domein uitkeringen
Hieronder vallen de uitkeringen die de gemeente vanaf 2015 ontvangt vanwege de gedecentraliseerde taken in het sociaal domein, aangevuld met uitkeringen die hier nauw mee verwant zijn. In tabel 3 zijn de totaalbedragen van de uitkeringen in de jaren 2017 en 2018 weergegeven.

Tabel 3 Totaalbedragen 2017 en 2018 van middelen in het kader van het sociaal domein

(bedragen x € 1)

2017     (meicirc)

 2017 (septcirc)

2018
(meicirc)

2018
(septcirc)

Integratie-uitkeringen:

1. Jeugd

33.160.000

34.142.000

31.664.000

31.464.000

2. Wmo 2015 (algemeen)

15.635.000

15.603.000

15.892.000

15.668.000

3. Wmo (oud)

8.030.000

7.970.000

8.115.000

8.055.000

4. Participatie (re-integratie)

5.005.000

5.005.000

5.211.000

5.211.000

5. Participatie (WSW)

13.614.000

13.614.000

12.618.000

12.618.000

Uitkeringen als centrumgemeente:

6. Wmo  - Beschermd wonen                

58.478.000

63.039.000

64.228.000

65.278.000

7. Maatschappelijke opvang (MO/VB/OGGZ)

9.973.000

9.948.000

9.973.000

9.948.000

8. Vrouwenopvang

3.582.000

3.584.000

3.301.000

3.181.000

Totaal

152.301.000

152.905.000

151.002.000

151.423.000

Tabel 4 geeft voor de jaren 2017 en 2018 inzicht in de mutaties tussen de septembercirculaire en de Berap 2017-2 en begroting 2018. De mutaties in de jaren 2019 tot en met 2021 geven de mutaties aan ten opzichte van de totaalbedragen in het basisjaar 2018.

Tabel 4   Mutaties in uitkeringen sociaal domein t.o.v. concept-begroting 2018 en Berap 2017-2 (cumulatief)

(bedragen x € 1 ).

2017

 2018

 2019

 2020

2021

Uitkeringen deel Zwolle

  1. Jeugd

-18.000

-201.000

-98.000

80.000

276.000

  1. Wmo 2015 (algemeen)

-32.000

-224.000

-439.000

-475.000

-395.000

  1. Wmo (oud)

-60.000

-60.000

-

68.000

401.000

  1. Participatie (re-integratie)

-

-

224.000

366.000

417.000

  1. Participatie (WSW)

-

-

-745.000

-1.424.000

-1.701.000

Lagere loonkosten WSW (inschatting)

-

-

745.000

1.424.000

1.701.000

Uitkeringen als centrumgemeente:

  1. Wmo – Beschermd wonen

737.000

1.050.000

2.527.000

2.520.000

2.520.000

Verrekening met reserve Beschermd wonen

-737.000

-1.050.000

-2.527.000

-2.520.000

-2.520.000

  1. Maatschappelijke opvang (MO/VB/OGGZ)

-25.000

-25.000

-25.000

-25.000

-25.000

Verrekening met deelnemende gemeenten

25.000

25.000

25.000

25.000

  1. Vrouwenopvang

2.000

-120.000

-120.000

-120.000

-120.000

  1. Verrekening met deelnemende gemeenten

-2.000

120.000

120.000

120.000

120.000

Totaal mutatie algemene uitkering

-135.000

-485.000

-313.000

39.000

699.000

Toelichting:
De belangrijkste ontwikkelingen in deze circulaire omtrent het sociaal domein zijn hiervoor al weergegeven. De financiële uitkomsten van deze ontwikkelingen en bijstelling van actuele verdeelmaatstaven hebben, het onderdeel beschermd wonen, maatschappelijke opvang en vrouwenopvang buiten beschouwing gelaten, een nadelig effect € 0,1 mln. in 2017 en € 0,5 mln. in 2018. Voor het onderdeel beschermd wonen en maatschappelijke opvang ontvangen wij de gelden als centrumgemeente en zijn ze budgetneutraal verwerkt. De toename bij beschermd wonen in de jaren 2017 en 2018 zijn met name het gevolg van de toegevoegde middelen voor de coulancegroep GGZ-B. Met ingang van 2018 komt de inkoop van de zorg voor deze cliënten onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten. De toename in 2019 is vooral het gevolg van de laatste fase van compensatie voor huisvestingslasten van de zorginstellingen.
De afname van de uitkering participatie WSW in 2019 en verder houdt verband met de afname van het aantal personen dat in aanmerking komt van een WSW-uitkering. Uit deze uitkering moeten in eerste instantie de betreffende loonkosten worden betaald. Een overschot of tekort wordt verrekend met de algemene middelen. Jaarlijks te bepalen.

3.       Overige integratie- en decentralisatie-uitkeringen

Algemene beleidslijn bij ontvangen integratie- en decentralisatie-uitkeringen is dat de gelden worden besteed aan het doel waarvoor ze zijn/worden ontvangen. Ingeval er sprake is van taakmutaties die van invloed zijn op een uitkering dan wordt het daarbij corresponderende budget op een stelpost gezet in afwachting van nadere voorstellen/adviezen hoe de taakmutatie in het Zwolse te verwerken.
Ingeval er in een lopend begrotingsjaar (of een oud begrotingsjaar) een aanpassing van de uitkering plaatsvindt vanwege verdeeltechnische-, nominale en/of trendmatige aard dan wordt het verschil verrekend met de algemene middelen. De reden hiervoor is dat er van uit wordt gegaan dat het uitgaafbudget voor het lopende begrotingsjaar reëel en op basis van het juist prijspeil is geraamd. In het lopende jaar worden dan ook alleen taakmutaties doorvertaald naar de uitgaafbudgetten.
In tabel 5 zijn de totaalbedragen van de integratie- en decentralisatie-uitkeringen voor het jaar 2017 en 2018 opgenomen, vervolgens zijn de mutaties toegelicht.

Tabel 5 Totaalbedragen integratie- en decentralisatie-uitkeringen 2017 en 2018

(bedragen x € 1)

2017     (meicirc)

 2017 (septcirc)

2018
(meicirc)

2018
(septcirc)

Decentralisatie-uitkeringen als centrumgemeente:

1. Veiligheidshuizen

215.000

215.000

215.000

215.000

Decentralisatie-uitkeringen voor Zwolle:

2. Beeldende kunst

150.000

150.000

150.000

150.000

3. Armoedebestrijding kinderen

583.000

583.000

604.000

604.000

4. Gezond in de stad

70.000

70.000

68.000

68.000

5. Jeugd

207.000

207.000

207.000

207.000

6. Peuterspeelzaalwerk

210.000

210.000

7. Brede impuls combinatiefuncties (sport/onderwijs)

459.000

459.000

459.000

459.000

8. Toezicht en handhaving vergunningverlening

349.000

349.000

400.000

400.000

9. Versterking aanpak jihadisme

60.000

60.000

10. LHBT

30.000

30.000

11. Bodemsanering

806.000

806.000

805.000

805.000

12. Impuls klantprofielen

88.000

88.000

13. Impuls grensoverschrijdende arbeidsbemidd

100.000

100.000

14, Economische zelfstandigheid

33.000

33.000

15.Voorschoolse voorziening peuters

144.000

144.000

217.000

217.000

16. Verhoogde asielinstroom

588.000

987.000

17. Bed, bad en broodregeling

181.000

181.000

18. We Can Young

10.000

19. Beter benutten/tour de force

65.000

65.0000

Totaal integratie- en decentralisatie-uitkeringen

4.338.000

4.747.000

3.125.000

3.125.000

Toelichting:
In de septembercirculaire wordt in 2017 € 10.000 beschikbaar gesteld voor de uitvoering van het programma We Can Young. Het programma heeft als doel de relationele en seksuele weerbaarheid van jongeren te vergroten en daarmee een bijdrage te leveren aan de preventie van geweld tegen vrouwen.
Daarnaast is de tweede fase van de compensatie in het kader van het uitwerkingsprogramma verhoogde asielinstroom voor de periode mei tot en met augustus 2017 bekend gemaakt. Voor Zwolle € 399.000 aanvullend op de bedragen uit de meicirculaire. Deze gelden worden ingezet op de beleidsterreinen waar kosten in het kader van de statushouders worden gemaakt. De middelen voor de periode september tot en met december 2017 worden op een later moment ontvangen.